opstap 14553

Er zijn mensen met angst voor de Wkb. Nee, het is geen “Wortelkanaalbehandeling”, wat overigens ook behoorlijk angstig kan zijn. Dit gaat over De Wet Kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) die naar verwachting vanaf 1 januari 2022 stapsgewijs ingevoerd zal worden. Het doet in de media nogal wat stof opwaaien…

Zorgen bij het VNG (Vereniging van Nederlandse Gemeenten)

In een recent rapport van Berenschot staat dat de VNG haar zorgen uit over de uitvoerbaarheid, handhaafbaarheid en betaalbaarheid van deze nieuwe wet. Een derde partij, de zogenaamde “kwaliteitsborger”, zou moeten kunnen beoordelen waar het mogelijk mis gaat in een bouwproject. Maar is dat kennisniveau er wel en wie bepaalt dan wat de definitie van ‘goed’ is? Zonder uitvoerige kennis van tekeningen, berekeningen en constructies kunnen risicovolle mankementen over het hoofd gezien worden.

Zorgen bij bouwers

Bij Cobouw kwam er een ingezonden brief binnen van een bouwdirecteur die ‘Een slachtpartij onder mkb-ondernemers’ in de bouw verwacht. Er worden zorgen geuit over hoge kosten en administratieve lasten bij het vastleggen van allerlei gegevens als er een huis of bedrijfspand wordt opgeleverd. Blijven we nog wel bouwen of worden ook bouwbedrijven steeds vaker administratieve organisaties? Er wordt een vergelijking met de zorg gemaakt. En ja, ‘handen’ zouden wat ons betreft zo veel als mogelijk moeten bouwen. Vooral de kleinere bouwbedrijven kunnen er geen langdurige administratieve lasten bij hebben.

Wellicht zullen deze administratieve zorgen ongegrond blijken te zijn. Er komt namelijk ook steeds meer technologie voorhanden waarmee de administratieve druk enorm kan worden teruggedrongen. In de vorm van inspectiesoftware waarmee dossiervorming sneller kan plaatsvinden of bijvoorbeeld kwaliteitsborging apps. We leven gelukkig al lang niet meer in een tijd van papieren paperassen. Bouwtekeningen zijn ook digitaal geworden en ook dat was even wennen.

Wkb een kostenpost of winstpakker?

Of deze nieuwe wet zinnig of onzinnig is, dat zal de toekomst gaan uitwijzen. Wat we zeker weten is dat het moeten herstellen van bijvoorbeeld constructiefouten of isolatiefouten in de bouw voor aanzienlijke kostenposten zorgt. Deze kosten wegen in de meeste gevallen niet op tegen de kosten van het moeten inhuren van een onafhankelijke keuringspartij. Zinnig is wel dat deze nieuwe wetgeving aandacht vraagt om verbetering van de kwaliteit bij bouwen. Het ideale toekomstbeeld is dat de controleur (private kwaliteitsborger) overbodig wordt, omdat bouwend Nederland nog beter werk aflevert dan nu al het geval is. Duurzamer, goedkoper en efficiënter. Daar mogen we namelijk best trots op zijn.

Wat wij in de tussentijd doen?

Er is wat ons betreft niets mis met kwaliteitsdenken. Ook de Bouwsector is aan grote veranderingen onderhevig en we zullen onze opleidingen voor nieuwe bouw- en schilderkrachten zo veel als mogelijk moeten aanpassen aan de dagelijkse praktijk om fouten nu en in de toekomst te voorkomen. Daarom hebben wij ook continue input nodig van bouwend Nederland. Dus kunnen we onze mensen nog beter opleiden als het om kwaliteitsdenken en innovatie gaat?

Eens doorpraten over dit belangrijke onderwerp?

Meningen stellen we erg op prijs, omdat er bij elke vorm van wetgeving zowel voor- als tegenstanders zullen zijn.

24 nov 2020